Uit 't Copy van Clason

20 december 2017 Er was eens

Vissie

Als hij een wankele stap over de kabels heeft genomen, staat hij plots oog in oog met de vis. Voor hem moet het beest enorm zijn. Met bewonderende blik houdt de jongen zich aan de zijkant van de vis vast. Langzaam streelt zijn hand over de schubben. Dan grijpt hij zich aan de lippen van de vis vast, staat op zijn tenen en kijkt nieuwsgierig in het open gat.

‘Bah, Tim!’ roept een oudere vrouw naar hem. Ze heeft twee grote tassen vol boodschappen in haar handen. ‘Weg bij de vullesbak! Bah, bah, bah!’ herhaalt ze. Tim kijkt verbaasd naar haar en hijst zich opnieuw op om in de bek van de vis te kunnen kijken. ‘Vissie!’ roept hij naar binnen. De vrouw, nog steeds op dezelfde plek begint nu nog wat harder te roepen dat het bah! is.

Het maakt niet veel indruk.

‘Tim!!’ ze komt iets dichterbij. ‘Kom mee, we gaan naar mama. Lunchen. Kom, blijf af. Kom mee.’ Tim doet een stap naar haar toe. ‘Vissie’, legt hij uit. Ze draait zich om. ‘Ja, een gore bak, kom nou maar.’ Ze loopt verder.

Tim kijkt naar de vis. De afvalbak van de visboer grijnst terug. Heel even schieten zijn ogen van de vrouw naar de vis en andersom. Dan haalt hij de speen uit zijn mond, gaat nog eens op zijn tenen staan en gooit het ding in de afvalbak.

Voldaan stapt hij achteruit. ‘Vissie’, zegt hij. Ook dat klinkt uitermate tevreden. Dan herinnert hij zich de vrouw en wankelt achter haar aan. Zijn handen in de lucht van triomf. De vis is gevoerd. Nu is hijzelf aan de beurt.

 

 

Leave a comment

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.