Uit 't Copy van Clason

16 mei 2018 Er was eens

Zonnebloemen

‘Waar zijn de zonnebloemen, meneer?’ De man kijkt naar de jongen die maar net tot zijn dijbeen reikt.

‘Loop maar mee..’

De jongen volgt hem op de voet. Uitgelaten. Zijn enthousiasme verdwijnt als hij het schilderij ziet.

‘Dat zijn niet de zonnebloemen…’

De suppoost kijkt wat bedremmeld naar het schilderij en dan weer terug naar de jongen. ‘Jawel, dit zijn de uitgebloeide zonnebloemen. Wist je dat dit schilderij ooit gestolen is? Maar weer teruggevonden?‘

Heel even zie ik een glimpje interesse in de ogen van het kind, maar zijn missie is niet vergeten.

‘Oh. Toch wil ik graag de échte zonnebloemen zien…’

De man schudt zijn hoofd.

‘Dat kan niet. Dat schilderij is in het depot. Dat is een soort wachtkamer. We leenden het even van een ander museum, maar het gaat nu terug.’

‘Er zijn géén gele zonnebloemen?’

De man bijt op zijn lip. ‘Eh nee. Sorry.’

De jongen kucht.

‘Dit is ook mooi toch?’ zeg ik hoopvol. ‘Van dezelfde schilder.’

De man kijkt me dankbaar aan. Mijn kind haalt zijn schouders op.

‘Is dood mooi?’ vraagt hij.

‘Wel knap’, antwoord ik.

Hij kijkt door zijn wimpers, maar draait dan zijn rug naar de bloemen.

Uitgebloeid is niet wat hij zoekt. Net als de dieven mogelijk liever de gele bloemen hadden gestolen, denk ik.

De suppoost slentert terug naar zijn plek.

Hier is zijn kennis niet meer nodig.

 

Leave a comment

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.